Programma 1Vitaal en sociaal Breda

* (exclusief) reserves
Begroot € 312.202
Realisatie € 327.154
Verschil * € 14.953
Begroot € 122.520
Realisatie € 136.010
Verschil * € 13.490

Onze ambitie in de Begroting 2017

Begin 2016 stelde het college het project ‘Zo doen we het in Breda’ vast, als onderdeel van de visie ‘Breda Doet, 2016-2018’. Centraal in de visie staat het MINT-principe: maatwerk, integraal, nabij en tijdig. ‘Zo doen we het in Breda’ resulteerde in Breda Doet, Samen verder, een nieuw kader voor het gesubsidieerde deel van het sociale domein. De gemeenteraad benoemde de belangrijkste doelen. Voor de uitvoering werden 7 thematafels ingericht, elk voor een beleidsthema (Opgroeien, Leren, Aan de slag, Bewegen, Zorg voor elkaar, Opvang en Geweld in afhankelijkheidsrelaties). Van de 7 thematafels  maakten er 4 in 2016 een gezamenlijk plan. Najaar 2017 volgde de thematafel Opgroeien. De andere 2 lukte het op een haar na.
De tafels volgen de gesubsidieerde activiteiten , deelnemers zijn er permanent in gesprek en werken continu aan betere inhoud (horizontale verantwoording).
Aan de tafels ontstond een leerproces voor verbetering en vernieuwing van activiteiten. Voorstellen worden betaald uit het Ontwikkelbudget. Daarnaast stelde de Raad extra geld beschikbaar voor versterking van preventie en vroegsignalering. Een advies van de Bouwgroep Breda Doet over de inzet daarvan staat eind maart op de college agenda.

Om de resultaten van het beleid op het hele sociale domein in beeld te brengen is de Staat van Vitaal en Sociaal Breda ontwikkeld. De thematafels kregen in dit document een eigen plek. De informatie in de Staat van Vitaal en Sociaal Breda wordt rijker naarmate aan thematafels de toetsing en horizontale verantwoording meer gebruikt worden.

Externe ontwikkelingen in het afgelopen jaar

De thema`s

Opgroeien

Wat wilden we bereiken?

Alle kinderen en jongeren verdienen een fijne woonomgeving. Een omgeving waarin zij zich kunnen ontwikkelen zonder zorgen en dagelijks veilig en vrij kunnen spelen als voorwaarde om gezond op te groeien. Want een stad waar onze jeugd zich optimaal kan ontwikkelen, spelen, sporten, recreëren en genieten, is ook een stad waar minder jeugdigen extra zorg of ondersteuning nodig hebben. In de voorjaarsnota is benoemd dat we daarom werk gaan maken van Breda als kindvriendelijke stad. De ambitie is: een fysiek en sociaal prettige omgeving waarin kinderen en jongeren betrokken worden bij de thema’s die voor hen belangrijk zijn. Dit willen we samen doen met de jeugd en ouders zelf en partijen in de wijk en stad. Hierbij sluiten we zoveel mogelijk aan bij de bestaande structuren in Breda, zoals het ‘Verhaal van Breda’ en ‘Breda Doet, Samen verder’. Ook bij bestaande jeugdthema’s in Breda, zoals de Kindercultuurnacht en de organisatie van jeugdparticipatie, wordt Kindvriendelijke Stad benoemd als overkoepelend kader. Dit is uitgewerkt in de aanpak Kindvriendelijke Stad waarin de doelen en acties verder worden beschreven.

Onderwijs raakt in de begroting zowel programma 1 als programma 2. Onderwijs raakt  meerdere sectoren, economie, arbeid en  het brede  sociaal domein. De verbindingen met de diverse sectoren vormt ook de basis van de Strategische Onderwijsagenda in Breda.  Onderwijs draagt binnen het sociaal domein  bij aan de brede ontwikkeling en maatschappelijk participatie van jeugd en jongeren. De aanpak in het sociaal domein komt samen in de tafel Breda leert in Breda doet.

In Ondernemend Breda worden de onderdelen uit de onderwijsagenda verwerkt die betrekking hebben op  MBO, HBO en volwasseneneducatie. Zowel in Vitaal Breda  als Ondernemend Breda richt onderwijs zich op de juiste mensen op de juiste plek krijgen. En daar de juiste vaardigheden en competenties leren waarmee optimaal kan worden deelgenomen aan onze maatschappelijke. De juiste plek is net zo belangrijk voor kinderen in de voorschool als afgestudeerden van het Hoger Onderwijs in Breda die de arbeidsmarkt op komen. Daar is de aanpak in Breda op gericht, een basis die alle kansen voor een leven lang leren mogelijk maakt.

In 2017 zetten we in op samenwerking met onder andere de Missing Chapter Foundation. We zijn benieuwd naar het perspectief van kinderen op bepaalde maatschappelijke vraagstukken.

Wat wilden we hiervoor doen?

Door te investeren in preventieve activiteiten in het voorliggende veld, kan de inzet van zwaardere en duurdere vormen van jeugdhulp op de langere termijn voorkomen worden. Met de ambitie Breda, Kindvriendelijke Stad leggen we de focus op drie speerpunten: het fysieke aanbod, de sociale ontwikkeling en de betrokkenheid van kinderen en jongeren bij hun fysieke en sociale omgeving in Breda. Dit gebeurt onder meer door de versterking van de vindplaatsen en het vrijetijdsaanbod in de wijk. Ook worden er verschillende pilots uitgevoerd om de samenwerking te versterken tussen de (sport-)verenigingen, jeugdwerk en het Centrum voor Jeugd en gezin (CJG) Breda.

Jeugd en ouders ontvangen wanneer nodig ondersteuning dichtbij huis van de professionals van het CJG Breda. Is er meer nodig, dan wordt er specialistische hulp ingezet. Door een versterking van het lokale jeugdveld, de focus op preventie en een doorontwikkeling van het CJG Breda zetten we in op een vermindering van het gebruik van specialistische jeugdhulp en de afname van (de duur van) jeugdbeschermingsmaatregelen op de langere termijn. Samen met de zorgaanbieders is er in 2016 een spoorboekje opgesteld met concrete activiteiten voor de verdere transformatie van de jeugdhulp. Om de toegang tot de jeugdhulp en de generalistische hulp te versterken zijn we gestart met diverse nieuwe werkwijzen, waaronder de pilot ‘Doorgaande hulpverlening 16 – 27 jaar’ en de werkwijze met de ziekenhuis-CJG-ers in het Amphia ziekenhuis. Ook wordt de samenwerking verder vormgegeven tussen de jeugdgezondheidszorg, huisarts en het CJG Breda. In 2017 zetten we deze activiteiten voort.

Met Jongeren Op Gezond Gewicht (JOGG) stimuleren we een gezonde leefstijl onder kinderen en jongeren. Dit doen we door meer bewegen en gezonde voeding te stimuleren in samenwerking met private partijen, maatschappelijke organisaties en zorgverleners. Hierdoor voorkomen en dringen we het overgewicht onder jongeren terug. We gebruiken het JOGG-netwerk om activiteiten op te zetten of bestaande initiatieven verder te versterken.

We zorgen dat er geen jongere zonder startkwalificatie van school gaat. Introductie van een nieuwe aanpak voor voortijdig schoolverlaten en voorkomen van schooluitval, onder andere door het aanstellen van een Stedelijk Coördinator Voortijdig Schoolverlaten.

Er komt focus op taalonderwijs; gezamenlijke aanpak van ouders en kinderen, meer taalklassen op PO scholen, zachte landing in regulier onderwijs van kinderen van nieuwkomers, snellere doorstroom vanuit ISK naar het regulier VO, bibliotheek en de Voorleesexpress in het AZC.

In samenwerking met de regio West Brabant West is de regio West Brabant Oost, waartoe Breda behoort, in 2015 gestart met de transformatiemonitor Jeugd. De tweede monitor is begin 2016 opgeleverd, de derde monitor wordt in de eerste helft van 2017 opgeleverd. Over 2017 wordt begin 2018 een monitor opgeleverd. Daarnaast wordt momenteel door de 2 regio’s een kwaliteitsmonitor Toegang en Jeugdhulp ontwikkeld om de kwaliteit van de Toegang tot Jeugdhulp en de daadwerkelijke geleverde Jeugdhulp te meten. Binnen de gemeente Breda worden deze monitors weer afgestemd op de monitoring in het kader van het totale sociale domein. Tenslotte is er het verplichte onderzoek naar de cliëntervaring. Deze wordt in de regio’s West Brabant Oost en West Brabant West gecombineerd met de 2 jaarlijkse populatieonderzoeken. In 2017 wordt de eerste aangeleverd bij het ministerie.

Wat hebben we ervoor gedaan?

Kindvriendelijke stad kent 2 pijlers met verschillende projecten: ‘op pad en ontmoeten in de wijk’ en ‘vrije tijd en talenten’. Kinderen als de toekomstige burgers van de stad denken en doen mee.

2017 stond in het teken van ontwikkelen van het “Ik word 18 proces”. Dit leidt tot meer eigenaarschap bij kind en ouder en maakt duidelijk wie wanneer professioneel verantwoordelijk is voor de overgang. Uitgangspunt is dat de jongere aan zet is en dat ouders als 1e verantwoordelijk zijn. Clientraden, ouders en jeugdprofessionals hebben hier samen aan gewerkt. Voor de implementatie zijn inmiddels een aantal instrumenten gereed.

De pilot ziekenhuis CJG-ers ging door, samen met wetenschappelijk onderzoek naar de effectiviteit ervan, gesubsidieerd door ZonMWee. Dit gebeurt in nauwe samenwerking met JGZ, CJG, Amphia Ziekenhuis, de kinderartsen en de GGD.   

In het kader van JOGG kreeg Breda 30 extra watertappunten. In totaal zijn er nu 44 plekken om gratis kraanwater te drinken. In het kader van het programma Schoolpleinen van de toekomst is er in 2017  op 2 scholen een gezond, klimaatbestendig en groen schoolplein gerealiseerd Op scholen gebeurt het koken met het programma Superchef. Er zijn gezonde kantines en een aantal scholen heeft een personal bodycheck programma.

In de aanpak Brede Ontwikkeling in de onderwijsagenda leveren we op basis van educatie een bijdrage aan voorkomen van achterstanden en zorgen voor optimaal gelijke kansen voor alle kinderen in Breda.

De brede ontwikkeling richt zich op taal, creativiteit cultuur en techniek, sport, bewegen en gezond, maatschappelijke betrokken onderwijs.

Er is maatwerk voor jeugd en jongeren op het gebied van zorg en passend onderwijs. De doelstellingen in de onderwijsagenda tot 18 jaar zijn geschreven vanuit het perspectief van het kind met de titel ‘Onbegrensd ontdekken’.

We bevorderen actief spelen in de openbare ruimte. Samen met inwoners kozen we voor behoud van meer speelplekken. Hiervoor bleek extra geld nodig.

91% van de Bredase kinderen tussen de 6 en 15 jaar doet aan sport. Het landelijk gemiddelde is 82% (voetbal 28%, hockey 23%, zwemmen 12%, tennis 12% en danssport 12%; meting eind  2014).

Sportcoaches verzorgen een beweegaanbod op 35 scholen voor primair onderwijs (op school, in de buurt van de school en in de wijk): met bereik van ruim 4.500 kinderen.

Ruim 1.000 kinderen met een beperking maken onder schooltijd kennis met sport, in samenwerking met sportaanbieders en (vak)leerkrachten.

Na de rapportage Bewegen in het primair onderwijs in Breda maakten we afspraken met de schoolbesturen over cofinanciering van sportcoaches.     

Het project sportcoaches Breda 2017-2018 is vastgesteld voor de inzet van 22,5 fte sportcoaches in 2017 en 2018, waarvan een deel specifiek voor school- en wijksport.

Wat was de uitdaging?

Deelname cultuur door kinderen

(% kinderen en jongeren dat een cultuuractiviteit doet (6 tot en met 17 jaar) in de vrije tijd)

Bron indicator:

Bewonersenquête

Meeteenheid:

%

Realisatie
2015

Realisatie
2016

Streefwaarde
2017

Realisatie
2017

Streefwaarde
2018

Deelname cultuur door kinderen

0

37,0

0

40

Niet gemeten in 2017

 

Beweegnorm

(% kinderen en jongeren dat voldoet aan de beweegnorm (6 tot en met 17 jaar) matig intensief bewegen van minimaal een uur op alle dagen van de week.)

Bron indicator:

Bewonersenquête

Meeteenheid:

%

Realisatie
2015

Realisatie
2016

Streefwaarde
2017

Realisatie
2017

Streefwaarde
2018

Beweegnorm

0

31,0

30

0

30

Niet gemeten in 2017

 

Jongeren met jeugdhulp

(Jongeren met jeugdhulp in % van alle jongeren tot 18 jaar)

Bron indicator:

CBS/waarstaatjegemeente.nl

Meeteenheid:

%

Realisatie
2015

Realisatie
2016

Streefwaarde
2017

Realisatie
2017

Streefwaarde
2018

Jongeren met jeugdhulp

8,9

8,9

0

Maximaal 20

Dit is een landelijke verplichte indicator. VNG-KING rapporteert deze indicatoren op de website:waarstaatjegemeente.nl . Informatie van recentere datum ontbreekt.

Jongeren met jeugdbescherming

(Aandeel jongeren met jeugdbescherming t.o.v. alle jongeren tot 18 jaar)

Bron indicator:

CBS

Meeteenheid:

%

Realisatie
2015

Realisatie
2016

Streefwaarde
2017

Realisatie
2017

Streefwaarde
2018

Jongeren met jeugdbescherming

1,0

0,9

0

Maximaal 0,9

Dit is een landelijke verplichte indicator. VNG-KING rapporteert deze indicatoren op de website:waarstaatjegemeente.nl . Informatie van recentere datum ontbreekt.

 

Achterliggende documenten

Naam documentSoort documentJaarMaand
Beleidskader jeugdhulp 2014Kaderstellend2014
Jeugdhulp 2015 (van beleid naar uitvoering)Kaderstellend2016
Jeugdmagazine Breda 2017Informerend2017
Verordening Jeugdhulp Breda 2017Kaderstellendmei2017
10 vragen over de transitie Jeugdzorg Breda, factsheet 2016Informerend2016
Voorjaarsnota 2017Kaderstellend2017

Gerelateerde producten

Betrokken zijn

Wat wilden we bereiken?

Bewoners ervaren dat ze een zinvolle daginvulling hebben, dat ze van waarde zijn, iets nuttigs doen en er dus toe doen. Dat kan door te werken, maar ook door op een andere manier bij te dragen aan de maatschappij, zoals het verzorgen van familie of gezin of vrijwilligerswerk. Bewoners zijn betrokken bij hun omgeving en participeren daarin. Zij tonen eigenaarschap. Een bijdrage leveren aan je omgeving doe je niet alleen voor jezelf, maar ook voor anderen. Bewoners die een bijdrage willen leveren of een initiatief willen opzetten, worden daarbij ondersteund.

Mantelzorgers zijn een groep die speciale aandacht krijgt. Wij werken aan een omgeving waarin mantelzorg wordt herkend en bespreekbaar is. Mantelzorgers voelen zich gesteund in het combineren van hun dagtaken met de extra zorgtaken en kunnen een beroep doen op (informele) ondersteuning, wanneer ze dat nodig hebben. Deze ondersteuning is maatwerk. Ook in 2017 bieden we mantelzorgers de mogelijkheid tot het inzetten van de dienstencheque Huishoudelijke Verzorging.

2017 is het jaar van de vrijwilliger. De vrijwilligerspenning bestaat 25 jaar, dat gaan we vieren. Een jaar waarin we op verschillende manieren vrijwilligers actief op verschillende terreinen in het zonnetje gaan zetten. We hebben samen met onze partners zoals Zorg Voor Elkaar aandacht voor elkaar in wijken en buurten ook voor de kwetsbare groepen. Bijvoorbeeld voor mensen met dementie of psychische aandoeningen.

Wat wilden we hiervoor doen?

  • Inzetten op verbetering van zorg en oplossingen op maat.
  • Als hoofduitgangspunt hanteren wij: “Vrijwillige inzet waar het kan, betaald waar het moet.”
  • Wanneer professionele zorg (voor jong en oud) nodig is, dan organiseren we dit, tijdig, op maat, in de nabijheid van inwoners en integraal.
  • We maken gebruik van innovatieve ideeën om de toegang tot zorg en ondersteuning te verbeteren. Innovatie doe je samen door van elkaar te leren.
  • We richten het vrijwilligersbeleid op een eigentijdse manier in, stimuleren en faciliteren vrijwillige inzet, geven ruimte aan nieuwe initiatieven en zorgen voor een goede match tussen vraag en aanbod. Vrijwillige inzet kan zich richten op het bieden van een helpende hand aan medebewoners die hun zelfredzaamheid dreigen te verliezen, maar het betreft evenzeer de vraag aan vrijwilligers vanuit (vrijwilligers- en maatschappelijke) organisaties en sportclubs.
  • We zetten in op zorg en innovatie samen met onze partners in Breda en de regio en zoeken daarbij ook aansluiting met het onderwijs.
  • Vrijwilligers en mantelzorgers worden intensief betrokken.
  • Verder investeren in het uitbreiden van mantelzorgondersteuning, binnen ZorgvoorelkaarBreda.

Interreg project Cross care en Europese proeftuin  zal in 2017 verder zijn beslag krijgen. Ondernemers worden hierbij uitgedaagd om een vernieuwend idee aan te dragen dat bijdraagt aan het verhogen van de kwaliteit van de zorg. Vanuit het Bredase zorginnovatieplatform worden cross overs tussen de creatieve industrie en zorg en welzijnspartijen gestimuleerd. Hierdoor ontstaan ook ideeën die na selectie gebruik kunnen maken van deze regeling.

Zorg voor elkaar Breda opereert zelfstandig, zodat elke Bredanaar die dat nodig heeft, kan rekenen op passende ondersteuning.

Met het wijkgericht werken (inclusief wijkimpuls) werken ( we verder aan de leefbaarheid in de  wijken en dorpen. Wensen, ideeën en het gemeentelijk beleid worden bij elkaar gebracht. Bewoners en hun initiatieven staan daarbij centraal en er is volop ruimte voor experimenten en innovatie. In de wijkplatforms bespreken  bewoners en andere betrokkenen in de wijk  initiatieven en adviseren over versterking en het in uitvoering brengen van deze initiatieven (zie ook bij thema Ontmoeten).

Wat hebben we bereikt?

Hoe draagt daginvulling bij aan wat iemand belangrijk vindt in het leven, welke talenten hij heeft en waar hij gelukkig van wordt. Vanuit dit uitgangspunt helpen we de klant zo goed mogelijk om invulling te geven aan de dag. We houden rekening met de mogelijkheden die Breda te bieden heeft volgens de uitgangspunten van Breda Doet.

In 2017 was er een pilot daginvulling/HV. Social workers van Zorg voor elkaar Breda en medewerkers van het wijkteam zochten samen  met de klant naar de best passende oplossing voor daginvulling en huishoudelijke verzorging. Bijna alle vragen voor daginvulling komen voort uit de behoefte aan (dag)structuur en sociale contacten. Bij goed doorvragen en luisteren komen andere oplossingen naar voren dan een Wmo voorziening. Vooral voor daginvulling zijn er goede alternatieven in de buurthuizen en Nieuwe Veste .

In 2017 begonnen we met wijkplatforms, waarvan er nu 19 actief zijn. Op deze wijze faciliteren we dat Bredanaars eigenaarschap (kunnen) nemen in de eigen leefomgeving. Ze bespreken vragen van bewoners om inzet van middelen. Hun rol is ook om te verbinden en deskundigheid in te roepen. Het aantal initiatieven stijgt. Wijkdeals, Breda Begroot, crowdfunding via BredaBreed en Citychallenges ondersteunen daarbij. We treden zijn vooral faciliterend in de wijken, met een vraaggerichte wijkaanpak.  

Ondersteuning van mantelzorgers gebeurt door het Steunpunt informele zorg in Breda (StiB). De groep mantelzorgers groeit. Daarom verlegt StiB het accent naar een kenniscentrum waar ook andere organisaties en vrijwilligers op te leiden  voor adequaat signaleren en ondersteunen van mantelzorgers. De samenwerking met huisartsen werd hierdoor sterker. Ook zijn er veel meer jonge mantelzorgers en kregen meer mantelzorgers een waardering.

2017 was het jaar van de vrijwilliger. We vierden samen met vrijwilligers dat de vrijwilligerspenning 25 jaar bestond. Tijdens de vrijwilligerstour bezochten we weer verschillende organisaties.

Wat hebben we ervoor gedaan?

Zorg voor elkaar Breda is een netwerk van zo’n 30 organisaties, 300 professionals en 3.000 vrijwilligers. Een mooie illustratie van het principe “Vrijwillige inzet waar het kan, betaald waar het moet.”

Met vrijwilligers(organisaties) werkten we aan een nieuwe manier om Bredase vrijwilligers te waarderen en bedanken voor hun inzet. Zo stimuleren we de vrijwillige inzet van Bredanaars. We zorgden voor verbetering van de juiste match tussen vraag en aanbod. De ondersteuning van vrijwilligers op het gebied van kennis is vernieuwd via de vrijwilligersacademie.

De health community Breda werd een levendig netwerk van ziekenhuizen, creatieve ondernemers, zorgverzekeraar, zorg en welzijnsorganisaties. Mooie verbindingen  en meer informatie staan in het magazine Breath.

Met vrijwilligers(organisaties) hebben we gewerkt aan een concept voor een nieuwe aanpak om onder meer de Bredase vrijwilligers te waarderen en bedanken voor hun inzet. Hiermee stimuleren we de vrijwillige inzet van de Bredanaars. Ook was er specifieke aandacht voor het realiseren van een goede match tussen vraag en aanbod en vernieuwing binnen de vrijwilligersondersteuning qua kennis via de vrijwilligersacademie.

De health community Breda werd een levendig netwerk van ziekenhuizen, creatieve ondernemers, zorgverzekeraar, zorg en welzijnsorganisaties. Zij zetten zich in voor versterking van preventie, zelfredzaamheid en het aanpakken van laaggeletterdheid. Mooie verbindingen  en meer informatie staan in het magazine Breath.

Wat was de uitdaging?

Actief in de buurt

(% bewoners dat actief is in de buurt)

Bron indicator:

GBM

Meeteenheid:

%

Realisatie
2015

Realisatie
2016

Streefwaarde
2017

Realisatie
2017

Streefwaarde
2018

Actief in de buurt

28,0

0

30

29,0

Zie opmerking

 

Participatie

(% inwoners dat participeert)

Bron indicator:

GBM

Meeteenheid:

%

Realisatie
2015

Realisatie
2016

Streefwaarde
2017

Realisatie
2017

Streefwaarde
2018

Participatie

76,0

0

> 76

75,0

Zie opmerking

niet gemeten in 2016

Kwaliteit van de ondersteuning

(% WMO cliënten dat het helemaal eens of eens is met de stelling 'ik vind de kwaliteit van de ondersteuning die ik krijg goed')

Bron indicator:

CEO WMO

Meeteenheid:

%

Realisatie
2015

Realisatie
2016

Streefwaarde
2017

Realisatie
2017

Streefwaarde
2018

Kwaliteit van de ondersteuning

77,0

79,0

Minimaal gelijk aan 2015

82,0

Minimaal 75 tot 80

 

Ondersteuning buurtinitiatieven

(% Bewoners dat het (helemaal) oneens is met de stelling: De gemeente ondersteunt buurtinitiatieven op het gebied van leefbaarheid en veiligheid voldoende.)

Bron indicator:

GBM

Meeteenheid:

%

Realisatie
2015

Realisatie
2016

Streefwaarde
2017

Realisatie
2017

Streefwaarde
2018

Ondersteuning buurtinitiatieven

12,0

0

11

13,0

Zie opmerking

niet gemeten in 2016

Achterliggende documenten

Naam documentSoort documentJaarMaand
Voorjaarsnota 2017Kaderstellendjuni2017

Gerelateerde producten

Leren, ontwikkelen en werken

Wat wilden we bereiken?

Elk kind krijgt het onderwijs dat bij hem of haar past. We willen dat iedere jongere naar school gaat of werkt of hulp krijgt om dat te realiseren. Een belangrijk speerpunt is het voorkomen dat jongeren vroegtijdig schoolverlaten.  We streven er naar dat iedereen Nederlands kan spreken, lezen en schrijven. Alle Bredanaars werken naar vermogen in een reguliere baan. Bredanaars met een gemeentelijke uitkering, voor wie (regulier) werken (nog) niet mogelijk is, doen mee naar vermogen. Zij werken aan hun ontwikkeling en leveren een (maatschappelijke) bijdrage aan Breda. Alle Bredanaars zijn in staat in hun eigen levensonderhoud te voorzien en zijn financieel zelfredzaam.

Wat wilden we hiervoor doen?

Samen met het veld – van primair t/m hoger onderwijs en de voorschoolse voorzieningen- wordt de Strategische onderwijsagenda uitgevoerd. Met behulp van voor- en vroegschoolse educatie zorgen we dat alle kinderen een goede schoolstart kunnen maken. Binnen het thema taal is er in 2017 veel aandacht voor de bestrijding van laaggeletterdheid bij volwassenen en de tijdige start met de Nederlandse taal bij statushouders. We zetten in op de aanpak bij jonge kinderen en hun ouders om zo de resultaten te vergroten. Samen met het onderwijs en maatschappelijke organisaties zetten we diverse activiteiten en trajecten in om te voorkomen dat zo min mogelijk jongeren zonder startkwalificatie van school gaan. Werk is de beste manier om in de maatschappij mee te doen en sociale uitsluiting te voorkomen. Werk maakt mensen economisch en sociaal zelfstandig en zelfredzaam. We ondersteunen de gemeentelijke doelgroep om hun arbeidsmarktpositie te verbeteren. Hiertoe worden trajecten en activiteiten ingezet.  We bieden een vangnet en perspectief aan kwetsbare burgers en we voorkomen van afglijden in schulden. Maatwerk is het uitgangspunt, want niet iedereen is hetzelfde.

Wat hebben we bereikt?

We maakten een slag om Bredanaars met een uitkering in beeld te krijgen, om goed in te spelen op hun capaciteiten en hen te bemiddelen naar werk. Maatwerk is het uitgangspunt, met de prioriteit op bemiddeling van mensen met een korte afstand tot de arbeidsmarkt.

Voor  klanten met een grote afstand tot de arbeidsmarkt komt er een traject waar we re-integratieactiviteiten en concrete afspraken naar werk vastleggen. Dit maatwerk is onderdeel van het persoonlijk plan.

Wat hebben we ervoor gedaan?

Een van de grootste aanpassingen in 2017 is dat we onze activiteiten voor werk, inkomen, schulden en armoede samen brachten onder één Keten Participatie om de integrale samenwerking te stimuleren. De keten Participatie heeft 3 teams: Regie, Re-integratie, Werkgeversservicepunt (WSP) en Inkomen. We zetten ondersteuning en coaching naar werk of participatie selectief en gericht in. Dit leidt tot maatwerk met arbeidstoeleiding met stip op 1.

In 2018 nemen we Schuldhulpverlening en het Armoedebeleid daar in op voor de wisselwerking tussen schulden, armoede en kansen op werk. Werk is de beste manier om uit de schulden te komen. We gebruiken de Taaleis voor een beter beeld van het taalniveau van klanten. We gebruiken instrueerbare taal bij leer werk trajecten voor een grotere kans op reguliere arbeid.

Wat was de uitdaging?

Voortijdig schoolverlaters

(Het percentage van het totaal aantal leerlingen (12-23 jaar) dat zonder startkwalificatie het onderwijs verlaat)

Bron indicator:

DUO

Meeteenheid:

%

Realisatie
2015

Realisatie
2016

Streefwaarde
2017

Realisatie
2017

Streefwaarde
2018

Voortijdig schoolverlaters

0

0

1,8

0

1,7-1,9

Dit is een landelijke verplichte indicator. VNG-KING rapporteert deze indicatoren op de website:waarstaatjegemeente.nl . Informatie van recentere datum ontbreekt.

 

Bijstandstuitkering

(Aantal personen met een bijstandstuitkering per 1.000 inwoners 18 jr eo)

Bron indicator:

CBS Participatiewet

Meeteenheid:

Aantal per 1.000

Realisatie
2015

Realisatie
2016

Streefwaarde
2017

Realisatie
2017

Streefwaarde
2018

Bijstandstuitkering

40,4

42,2

43,7

In verband met verandering van de definitie van deze indicator zijn de streefwaarden 2017 en 2018 verwijdert.

Laag inkomen

(Aandeel huishoudens met een inkomen tot 110% van het sociaal minimum)

Bron indicator:

Bestand Armoede onderzoek O&I

Meeteenheid:

%

Realisatie
2015

Realisatie
2016

Streefwaarde
2017

Realisatie
2017

Streefwaarde
2018

Laag inkomen

9,8

10,1

0

0,1 lager dan in 2016

In 2017 is het totaal 1% lager (voorlopige cijfers), maar een definitief resultaat is nog niet bekend

Laaggeletterdheid

(Percentage laaggeletterden (in de leeftijd 16-65) )

Bron indicator:

Onderzoeksrapport "Regionale spreiding van geletterdheid in Nederland

Meeteenheid:

%

Realisatie
2015

Realisatie
2016

Streefwaarde
2017

Realisatie
2017

Streefwaarde
2018

Laaggeletterdheid

14,5

0

< 12

0

10-12

Geen recentere gegevens bekend

Gevarieerd aanbod volwassen educatie

Bron indicator:

Meeteenheid:

Realisatie
2015

Realisatie
2016

Streefwaarde
2017

Realisatie
2017

Streefwaarde
2018

Gevarieerd aanbod volwassen educatie

0

0

0

Achterliggende documenten

Naam documentSoort documentJaarMaand
Beleidskader Participatie 2017Kaderstellend2017
Voorjaarsnota 2017Kaderstellend2017
Uitvoeringsplan Participatie 2017-2018Kaderstellendmaart2017

Gerelateerde producten

Thuis

Wat wilden we bereiken?

We willen dat er voldoende opvang en ondersteuning is voor mensen die door diverse problemen dakloos worden. Dat doen we voor de kwetsbare mensen in Breda én in de regio. We zorgen dat mensen die dat nodig hebben beschermd en veilig kunnen wonen.  De aanpak per doelgroep is verschillend. Ook het begeleiden van de deze mensen hoort hierbij.  De gemeente Breda neemt haar maatschappelijke verantwoordelijkheid om een bijdrage te leveren aan het oplossen van het urgente huisvestingsprobleem van vluchtelingen. Hierbij gaat het naast huisvesting ook om duurzame integratie. We zorgen dat uitgeprocedeerde asielzoekers en andere mensen die zonder verblijfsrecht in Breda zijn, gebruik kunnen maken van een geschikte voorziening. We bevorderen de begeleiding van deze mensen naar een terugkeer naar hun land van herkomst.

Wat wilden we hiervoor doen?

We zorgen dat mensen die dat nodig hebben beschermd en veilig kunnen wonen. We geven uitvoering aan de regelingen voor Vrouwenopvang en Huiselijk geweld: Verzorgen van training en afstemming met professionals op het gebied van (Vroeg-)Signalering en Signs of Safety; Doorontwikkelen van Veilig Thuis en de vrouwenopvang; Ondersteunen van mantelzorgers en vrijwilligers; Doorontwikkelen van de samenwerking met de 18 gemeenten in de regio (Monitor Veilig Thuis). Voor beschermd wonen en maatschappelijke opvang samen maken we een regionaal plan van aanpak, waarin we samen met de regiogemeenten aangeven hoe we de decentrale verantwoordelijkheid voor beide terreinen verdelen. Dit leidt eind 2017 tot een bestuurlijk vastgesteld plan. Ondertussen bieden we beschermd wonen voor een ieder die dat nodig heeft: het organiseren van aanbod voor de groep licht verstandelijk beperkten; de transformatie van de bestaande voorzieningen in de lijn van de ambitie van de commissie Dannenberg: zo zelfstandig en normaal mogelijk; nieuwe afspraken met woningcorporaties en particuliere verhuurders en ontwikkelaars om zelfstandig wonen mogelijk te maken; het uitvoeren van een pilot met de zorgverzekeraar naar randvoorwaarden voor acceptatie van kwetsbare groepen in de wijk.   We voeren het Stedelijk Kompas uit: Bieden van passende ondersteuning en zorg via het Loket Centraal Onthaal en Housing First; Opstellen van een herstelplan voor alle dak- en thuislozen; Terugbrengen van de sociaal-medische zorg voor dak- en thuislozen; Uitvoeren van de nieuwe regionale afspraken met gemeenten en partners;. Het onderzoeken van de noodzakelijke randvoorwaarden voor acceptatie van kwetsbare groepen in de wijk.

We zorgen voor  het huisvesten van verblijfsvergunninghouders en COA plaatsingen (de woningbouwcorporaties zijn verantwoordelijk voor de woningtoewijzing). Verstrekken van uitkeringen inclusief bijzondere bijstand voor o.a. inrichtingskosten via ATEA. Vaststellen van de afstand tot de arbeidsmarkt om zo een activeringstraject of een leerwerktraject in te zetten.

We bieden vluchtelingen en asielzoekers een geschikte voorziening. Daarnaast bieden we bemoeizorg voor uitgeprocedeerde asielzoekers die niet willen terugkeren naar hun land van herkomst. We ondersteunen de terugkeer naar het land van herkomst voor (dreigend) dak- en thuislozen uit Midden- en Oost-Europa.

Wat hebben we bereikt?

Alle (12) gemeenteraden in de regio Breda stelden de visie vast voor ‘Opvang en bescherming in regio Breda. Visie en uitgangspunten beschermd wonen en maatschappelijke opvang vanaf 2020’. De invoering van het nieuwe verdeelmodel voor het budget van Beschermd Wonen en Maatschappelijke Opvang is door de staatssecretaris uitgesteld van 2020 naar ‘zo spoedig mogelijk na 1-1-2020’. De regio heeft nu meer tijd voor een nieuwe verdeling van de verantwoordelijkheid en het implementatietraject.

In 2017 onderzochten we de wenselijkheid van Skaeve Huse, naar aanleiding van een motie van de gemeenteraad. Dit onderzoek is naar verwachting medio 2018 klaar. Tevens lieten we onderzoek doen naar een toekomstbestendig concept voor de Doorstroomvoorziening. Een programma van eisen voor nieuwe opvang  is naar verwachting klaar in het 2e kwartaal van 2018. De omvang en beschikbaarheid van  voorzieningen voor beschermd wonen zijn op orde. Passende ondersteuning bij de vraag van klanten kan beter, vooral voor jong volwassenen met multi-problematiek.

Er zijn afspraken met de Bredase corporaties over begeleiding van klanten die uit intramurale voorzieningen uitstromen naar een woning van de corporatie. We gaan uitzoeken wat er nodig is om mensen met complexere problematiek zo zelfstandig mogelijk te laten wonen. SMO Breda en GGZ Breburg doen dit in het project Wijkgericht wonen voor mensen met EPA (ernstige psychiatrische aandoeningen).

Voor Veilig Thuis hebben we een meerjarenperspectief 2018-2022 uitgewerkt en doorgerekend.

Er zit druk op de doorlooptijden van meldingen bij Veilig Thuis. In 2018 is hier meer geld voor nodig. We vroegen Veilig Thuis om interventies te plegen, om de deadline te halen van het onderzoek en duurzaam te kunnen handhaven. Dit is onder andere gedaan door uitbesteding van beoordelingsdossiers en werving van nieuwe medewerkers. Zo konden we voorkomen dat de verplichte doorlooptijden niet zijn overschreden.

Samen met de regiogemeenten beschreven we de opdracht voor Veilig Thuis. De financiële gevolgen zijn door de 18 regiogemeenten verwerkt in de eigen begroting voor 2018 en volgende jaren.  Veilig Thuis, de regiogemeenten en maatschappelijke organisaties werkten in Richtlijnen Zicht op Veiligheid afstemmingsafspraken uit tussen Veilig Thuis en lokale professionals . Breda gebruikt de richtlijn vaak bij gesprekken tussen professionals in het sociaal domein over op- en afschalen, bij casusoverleg en bij basistraining rond vroegsignalering en de Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling.

Op het snijvlak van zorg en veiligheid hebben we veel aandacht besteed aan de aanpak van personen met verward gedrag. In februari begonnen we met de uitvoering van de aanpak voor West-Brabant. Met subsidie van ZonMw en eigen inzet lopen 7 deelprojecten. Ze zijn gericht op:

- een sluitend netwerk (hulp en ondersteuning) voor mensen met verward gedrag of die dreigen in een crisis te komen

- preventie en vroegsignalering

- humane en juiste hulp  en de juiste nazorg.

Alle deelprojecten werken met ervaringsdeskundigen. De citydeal(samen met gemeente Tilburg) voorziet in zorg voor ex-gedetineerden en transforensische zorg.

Wat was de uitdaging?

Gehuisveste dak- en thuislozen

(% dak- en thuislozen dat regulier en duurzaam is gehuisvest van de geregistreerde daklozen)

Bron indicator:

Centraal Onthaal

Meeteenheid:

%

Realisatie
2015

Realisatie
2016

Streefwaarde
2017

Realisatie
2017

Streefwaarde
2018

Gehuisveste dak- en thuislozen

0

63,1

80

0

80

Geen recentere gegevens bekend

 

Beschermd wonen

Bron indicator:

GWS

Meeteenheid:

Aantal

Realisatie
2015

Realisatie
2016

Streefwaarde
2017

Realisatie
2017

Streefwaarde
2018

Beschermd wonen

0

0

0

Huiselijk geweld

(% slachtoffers dat casusregie heeft van Veilig Thuis en Safegroup en dat na een jaar een voldoende scoort op de mate van veiligheid)

Bron indicator:

Veilig Thuis West Brabant

Meeteenheid:

%

Realisatie
2015

Realisatie
2016

Streefwaarde
2017

Realisatie
2017

Streefwaarde
2018

Huiselijk geweld

0

0

70

0

70

De cijfers/percentages zijn per 1 mei 2018 beschikbaar (met de jaarverslagen van de betrokken instellingen)

Achterliggende documenten

Naam documentSoort documentJaarMaand

Gerelateerde producten

Ontmoeten

Wat wilden we bereiken?

De contacten met andere mensen dragen voor veel mensen bij aan zich thuis voelen in hun stad, wijk of dorp. Contact met mensen kan eenzaamheid voorkomen. Wanneer mensen een eigen netwerk hebben, kunnen zij daar vaak ook op steunen wanneer het (even) niet goed gaat. In eerste instantie is dit aan inwoners zelf om contacten met anderen te leggen. Kwetsbare groepen, zoals mensen met een beperking, kinderen in achterstandsposities, chronisch zieken en ouderen die hulp nodig hebben, of bewoners met geldzorgen, mogen rekenen op onze steun. (Het aanbod van) organisaties die die steun bieden, brengen we zoveel mogelijk samen onder een dak, zoals buurt- en gemeenschapshuizen. Daarnaast zijn er ook andere maatschappelijk voorzieningen die als ontmoetingsplek gebruikt worden: bijvoorbeeld scholen, sportkantines, sportzalen, scoutinggebouwen en ontmoetingsruimten in woon-zorgcomplexen. Ook parken en pleinen in de openbare ruimte bieden ruimte om elkaar te ontmoeten. En uiteraard is er ook nog de commerciële sector (horeca) die zaalruimtes aanbiedt.

De Gemeentelijke Beleidsmonitor vindt tweejaarlijks plaats. De vorige meeting was van 2015. De volgende meeting vindt plaats over 2017. Resultaat is zichtbaar in 2018.

Wat wilden we hiervoor doen?

Samen met betrokken organisaties, vrijwilligers én bewoners werken wij bottum-up aan het mogelijk maken van ontmoeten in wijken en dorpen. Sociale netwerken zijn hierin heel belangrijk.

Bestaande netwerken houden wij in stand met ondersteuning naar behoefte.

Nieuwe netwerken brengen wij tot stand door juiste partijen te verbinden.

Ontmoeting vindt plaats naar behoefte van bewoners; wij maken de ontmoeting mogelijk. Maatschappelijke voorzieningen (accommodaties)  dienen als  ontmoetingsplek.

Wensen en behoefte van bewoners met betrekking tot ontmoeten worden gedeeld aan het wijkplatform , dat samen met bewoners wordt opgericht en bemenst. Door wijkgericht te werken kennen wij de behoeften van de wijken en dorpen.

Om initiatieven in het kader van ontmoeten van  bewoners verder te helpen, kunnen zij zich melden bij het wijkplatform. Het wijkplatform bekijkt of het initiatief aansluit bij de behoeftes van de wijk. Samen met de initiatiefnemer wordt bekeken wat nodig is om het initiatief te versterken en de kans van slagen te vergroten. Wij faciliteren de wijkplatforms.

Met de extra investering krijgen de initiatieven en het wijkeigenaarschap  in de wijken en dorpen de gewenste kracht. Daarmee wordt de leefbaarheid in de wijken en dorpen versterkt. Zo zorgt de investering er voor dat de “beweging naar de voorkant” in het Sociaal Domein stevig wordt ingezet; met als resultaat meer gelukkige en gezonde Bredanaars en minder behoefte aan duurdere zware vormen van zorg.

De extra middelen worden ingezet voor:

- Het opzetten en verder ontwikkelen van wijkplatforms;

- Methodiekontwikkeling; het ontwikkelen van een werkwijze voor de wijkplatforms en de ondersteuning daarvan door de wijkmanagers/wijkbeheerders;

- Het monitoren van en rapporteren over de werkzaamheden van de wijkplatforms, waarbij het vooral gericht op het beoordelen en van initiatieven, het versterken daarvan  en indien nodig advisering over subsidiëring;

Het financieel ondersteunen van initiatieven.

De middelen zijn onderverdeeld in:

- Het opzetten van wijkplatforms, monitoring en rapportage en methodiekontwikkeling      € 0.4 miljoen en

- Flexibel budget voor initiatieven                 € 0.1 miljoen.

Met Wijkimpuls (conform de Alliantie-afspraken 2015-2018)  blijven wij ons inzetten op sociale en economische participatie in de 7 impulswijken: Geeren-Noord,  Geeren-Zuid, Biesdonk, Wisselaar, Heuvel, Muizenberg en Kesteren (zie ook bij thema Betrokken zijn).

Wat hebben we bereikt?

In 2017 ontstonden 19 operationele dorps- en wijkplatforms in heel Breda, gefaciliteerd door de gemeente. . Met de platforms zijn spelregels opgesteld.

De samenstelling is divers en afgestemd op de behoefte van de wijk/dorp.

Onderzoeken van het team Onderzoek en Inzicht en geven een goed beeld van de werkwijze van de platforms. We zien kansen om de platforms verder te ontwikkelen tot een bredere (inclusieve) samenstelling en digitaal ondersteund (verkenning on-line participatieplatform startte in 2017).

In 2017 ondersteunden we met wijkdeals ontmoeting in de wijk, sport in de openbare ruimte, blind wall muurschilderingen, et cetera. Met sportverenigingen maakten we afspraken over ‘open club’ beleid. De sportvereniging stelt zijn deuren ook open voor andere activiteiten voor bewoners.

Andere voorbeelden zijn Parkdag Sonsbeeck en het festival Samen Buurten, beide georganiseerd door bewoners.

Wat hebben we ervoor gedaan?

In 2017 deden de dorps- en wijkplatforms hun intrede. De 19 actieve platforms ondersteunden ongeveer 164 initiatieven.

Met dorps- en wijkraden en de nieuwe dorps- en wijkplatforms hebben we nauw contact.  De netwerken zijn verbreed met deskundigheid uit het onderwijs (bijvoorbeeld leergemeenschappen studenten Avans en studenten imagineering NHTV), ZZP-ers, onderzoeksbureaus  (bijvoorbeeld Studio 1-op-1 in Muizenberg/Kesteren en Elos Foundation, Oasis game in Heuvel).

Beleid Wijkcentra zorgde voor duidelijke afspraken met wijkcentra over het sluitend krijgen van hun exploitatiebegroting. Voor sommige wijkcentra betekende dit een nieuw bestuur, coaching en een doorstart. Daarmee is de keus gemaakt met welke wijkcentra wij doorgaan en hoe welke wijkcentra extra ondersteuning krijgen voor een sluitende exploitatiebegroting. Buurthuis Gageldonk en Buurthuis Geeren-Noord kregen een doorstart met een nieuw bestuur.  Met het bestuur van Huis van de Heuvel maakten we nieuwe afspraken.  Het bestuur van Buurthuis Noorderlicht doorliep een traject business-coaching. De gemeente nam de exploitatie van Noorderlicht weer terug. De activiteiten in de wijk voor en door de bewoners blijven wel plaatsvinden in Noorderlicht.

Voor 115 van de 164 ingediende initiatieven gaf de gemeente subsidie.

Over het algemeen zijn initiatiefnemers en deelnemers aan de platforms tevreden over het functioneren van de dorps- en wijkplatforms en initiatieven. Punt van aandacht blijft het communiceren over de manier van werken, de mogelijkheden en de aanwezigheid van de platforms.  

Voorbeelden van extra investeringen zijn Pleinenaanpak,  wijkaanpak Typisch Tuinzigt en Wijkavontuur.

We haalden 5 kenmerkende gedragingen en voorbeelden uit de praktijk  (wijkgericht werken en wijkimpuls), die bepalend zijn voor het succesvol meedoen door wijkbewoners.  Ze zijn samengevat in één werkwijze (methodiekontwikkeling), de Bredase Wijkaanpak. In 2018 delen wij deze aanpak met professionals in het veld, het bestuur en in landelijke netwerken. Op basis van die gesprekken ontwikkelen we de Bredase Wijkaanpak verder.

Onderzoek en Inzicht onderzocht de werkwijze van wijkplatforms. Atlas voor gemeenten deed onderzoek naar Vroegsignalering.  In 2018 komt terug welke wijken extra aandacht krijgen.

In het subsidiebeleid staat dat wijkplatforms in wijkimpulswijken adviseren over aanvragen voor subsidie.  Wijkplatform Heuvel, Haagse Beemden en Hoge Vucht zijn hierop voorbereid en geïnformeerd. Het aantal initiatieven bleef achter bij de verwachting.

Verkenning met eigen experts en Bouwgroep Breda Doet leverde op dat in de impulswijken meer ondersteuningsstructuur nodig is dan actief burgerschap. Daarvoor zijn sterkere netwerken nodig van vrijwilligers/professionals en interventies met (onconventionele) partners. Een aantal initiatiefnemers diende hun plan en subsidieaanvraag voor wijkimpuls toch niet in bij het wijkplatform. De plannen waren nog niet ver genoeg ontwikkeld,  initiatiefnemers hebben meer tijd nodig om bewoners te betrekken en  er is tijd nodig om draagvlak te creëren bij bewoners en wijkplatform. De verwachting is dat een aantal van de plannen in het 1e kwartaal van 2018 wordt ingediend.

Wat was de uitdaging?

Sociale cohesie

(Score sociale cohesie)

Bron indicator:

GBM

Meeteenheid:

Score tussen 1 en 10

Realisatie
2015

Realisatie
2016

Streefwaarde
2017

Realisatie
2017

Streefwaarde
2018

Sociale cohesie

6,0

0

Minimaal gelijk aan 2015

6,1

Zie opmerking

 

Leefbaarheid

(Gemiddeld rapportcijfer dat bewoners geven voor het prettig wonen in de buurt )

Bron indicator:

GBM

Meeteenheid:

Score tussen 1 en 10

Realisatie
2015

Realisatie
2016

Streefwaarde
2017

Realisatie
2017

Streefwaarde
2018

Leefbaarheid

7,7

0

minimaal gelijk aan 2015

7,6

wordt niet gemeten in 2018

Niet gemeten in 2016

Vangnet

(% inwoners dat niet terug kan vallen op familie, vrienden of mensen in de buurt als hulp of zorg nodig is)

Bron indicator:

Meeteenheid:

%

Realisatie
2015

Realisatie
2016

Streefwaarde
2017

Realisatie
2017

Streefwaarde
2018

Vangnet

7,0

0

Maximaal 8

6,0

Zie opmerking

Niet gemeten in 2016

 

Perspectief vluchtelingen

(% statushouders (per 1-1-2015 tot heden) dat gestegen is op de score in de zelfredzaamheidsmatrix (delta op de score))

Bron indicator:

Meeteenheid:

%

Realisatie
2015

Realisatie
2016

Streefwaarde
2017

Realisatie
2017

Streefwaarde
2018

Perspectief vluchtelingen

0

0

0

Zie opmerking

Achterliggende documenten

Naam documentSoort documentJaarMaand
Wijkimpuls 2015-2018
Beleidsplan WMO (Goede zorg doen we samen)
Beleidskader participatie
Meerjarenplan schuldhulpverlening (samen uit de schulden)
Strategische onderwijsagenda (2015-2016)
Manifest VVE (voor een goede (voor)schoolse start
Aan tafel (werkwijze wijkplatforms)
Opvang en ondersteuning in West Brabant
Beleidskader kwetsbare groepen regio West Brebant
Ontwikkelingsagenda West Brabant Geeft Thuis

Gerelateerde producten

Leven

Wat wilden we bereiken?

Inwoners zitten lekker in hun vel en voelen zich fit en gezond. Niet alleen fysiek, maar ook mentaal. Wanneer mensen zich prettig voelen in hun leefomgeving, draagt dat bij aan hun gevoel van welzijn. Als mensen zich fitter voelen, zijn zij in staat om langer prettig thuis te wonen. Indien nodig, krijgen zij daarbij hulp en ondersteuning. Bewoners zijn zich bewust van het belang van een actieve en gezonde leefstijl. Een leefstijl waarbij men voldoende beweegt en gezond eet.

Sporten en bewegen is voor veel mensen een sociale en zinvolle activiteit en levert ook andere positieve neveneffecten op. Bijvoorbeeld een betere gezondheid en motoriek en minder overgewicht. Het beweegaanbod in Breda is voor iedereen toegankelijk en sluit aan op de behoeften van alle inwoners. Zij die weinig bewegen, stimuleren wij dit meer te gaan doen. We maken deelname aan sport mogelijk voor mensen die buitenspel staan omdat zij het lidmaatschap niet kunnen betalen, maar ook voor  mensen die het ontbreekt aan een sociaal netwerk of vaardigheden. Iedereen kan sporten in Breda en inwoners die hierbij hulp hierbij nodig hebben, krijgen dat, ongeacht achtergrond, beperking of levenssituatie. Dit realiseren we bijvoorbeeld door middel van de inzet van sportcoaches en het faciliteren van Open clubs.

De inrichting van de openbare ruimte nodigt uit tot bewegen. Sportaccommodaties zijn gericht op multifunctioneel gebruik. Verenigingen stellen hun accommodatie ook open voor andere doelgroepen en leveren zo een bijdrage op het gebied van welzijn, gezondheid, participatie en zorg. Beweegaanbieders zijn maatschappelijk betrokken, bieden een veilige omgeving om te bewegen en maken optimaal gebruik van de inzet van vrijwilligers.

Sport is leuk, het verbindt mensen en draagt bij aan een gezond en vitaal Breda. We willen heel Breda in beweging krijgen en sport nog aantrekkelijker maken. Voor iedereen ongeacht afkomst, draagkracht of lichamelijke conditie. Breda heeft al een sportief imago en de komende jaren gaan we met elkaar aan de slag om dit nog verder te versterken.

Bredanaars zijn betrokken bij elkaar om voor iedereen een goede leefomgeving en sociaal netwerk te vormen. Mensen met een fysieke of mentale beperking hebben dezelfde kansen en mogelijkheden om volwaardig deel te nemen aan de samenleving. Ook wanneer sprake is van hoge zorggerelateerde kosten.

Wat wilden we hiervoor doen?

We stimuleren sportbeoefening vooral voor mensen die achterblijven in deelname aan sport. Daarnaast worden kinderen en jongeren uit gezinnen met onvoldoende financiële draagkracht ondersteund. Met oog voor de kosten zorgen we voor goede sportvoorzieningen en ondersteunen we initiatieven gericht op sportiviteit en respect. Daarnaast investeren we in bestaande en nieuwe sport- en beweegfaciliteiten in de openbare ruimte.

Bredase sportcoaches zijn in alle wijken van de stad actief en bereiken via scholen, verenigingen en andere maatschappelijke partners een groot aantal inwoners. Het jaar rond worden er tal van aansprekende activiteiten aangeboden. Vanaf 2017 leggen nog we nadrukkelijker de koppeling met het sociaal domein. Dat doen wij door sportcoaches ook in te zetten op het gebied van welzijn, zorg en participatie.

Met de oprichting van een sportleerbedrijf intensiveren we de samenwerking tussen sportopleidingen, het primair onderwijs en sportaanbieders. De gecoördineerde inzet van studenten en stagiaires versterkt het sportaanbod op scholen, bij verenigingen en in de wijk.   

Wat is de uitdaging?

Verbeteren van het aanbod en de infrastructuur voor sport. Ten minste 75% van de inwoners doet regelmatig aan sport.   

Sportverenigingen hebben een sterke maatschappelijke functie. Zij dragen bij aan doelen op het gebied van gezondheid, participatie en zorg en stellen hun accommodatie open voor andere doelgroepen.

Sportaanbieders bieden goede omstandigheden aan leden en vrijwilligers (sociale veiligheid, goed vrijwilligersbeleid, etc.). Zij maken volwaardig deel uit van het sociaal-maatschappeiljk netwerk in de wijk.  

Ten minste 50 sportaanbieders hebben een aanbod voor mensen met een beperking (lichamelijk, verstandelijk, chronisch zieken).

Wat hebben we bereikt?

Sportcoaches verzorgen een beweegaanbod op 35 scholen voor PO (op school, in de buurt van de school en in de wijk) en bereiken zo

ruim 4.500 kinderen.

Ruim 1.000 kinderen met een beperking maken onder schooltijd kennis met sport, samen met sportaanbieders en (vak)leerkrachten.

Na rapportage ‘Bewegen in het primair onderwijs in Breda’ 2017 maakten we met de schoolbesturen afspraken over cofinanciering van sportcoaches  voor bewegingsonderwijs.     

In september 2016 is opdracht-omschrijving vastgesteld voor het Sportcoaches Breda 2017-2018. Het gaat om de inzet van 22,5 fte sportcoaches in 2017 en 2018, waarvan een deel specifiek voor school- en wijksport.

Wat was de uitdaging?

Tevreden over het leven

(Gemiddeld rapportcijfer tevredenheid met het leven)

Bron indicator:

Bewonersenquête

Meeteenheid:

%

Realisatie
2015

Realisatie
2016

Streefwaarde
2017

Realisatie
2017

Streefwaarde
2018

Tevreden over het leven

0

7,8

7,8

7,8

Structureel sporten

(% inwoners dat structureel sport)

Bron indicator:

Bewonersenquête

Meeteenheid:

%

Realisatie
2015

Realisatie
2016

Streefwaarde
2017

Realisatie
2017

Streefwaarde
2018

Structureel sporten

0

69,0

0

70

Niet gemeten in 2017

 

Effect ondersteuning op kwaliteit van leven

(% WMO cliënten dat het helemaal eens of eens is met de stelling 'Door de ondersteuning die ik krijg heb ik een betere kwaliteit van leven')

Bron indicator:

CEO WMO

Meeteenheid:

%

Realisatie
2015

Realisatie
2016

Streefwaarde
2017

Realisatie
2017

Streefwaarde
2018

Effect ondersteuning op kwaliteit van leven

72,0

72,0

Minimaal gelijk aan 2015

76,0

70 tot 80 (minimaal gelijk aan 72)

Achterliggende documenten

Naam documentSoort documentJaarMaand
Kader Breda doet Samen verder!Kaderstellend

Gerelateerde producten

De kosten van dit programma

(bedragen x € 1.000)

ThemaPrimitieve begroting 2017Begroting 2017 na wijzigingRekening 2017Saldo 2017
Lasten
Opgroeien76.45779.50289.743-10.242
Betrokken zijn37.76337.19137.14051
Thuis43.34845.49447.563-2.069
Leren, ontwikkelen en werken114.570124.716131.082-6.366
Leven14.07214.65814.131528
Ontmoeten5.62810.6407.4953.146
Totaal lasten291.837312.202327.154-14.953
Baten
Opgroeien29.59632.18140.2158.034
Betrokken zijn3.1002.9412.379-562
Thuis1.6453.1012.997-103
Leren, ontwikkelen en werken83.57683.04688.8945.848
Leven845845774-71
Ontmoeten88406751345
Totaal baten118.850122.520136.01013.490
Mutaties in reserves
Stortingen06146140
Onttrekkingen2.98514.47811.562-2.916
Totaal reserves-2.985-13.865-10.949-2.916
Totaal ten laste van de algemene middelen170.002175.817180.196-4.378

Toelichting exploitatie / mutaties (op hoofdlijnen)

Het resultaat van het programma Vitaal en Sociaal Breda bedraagt € 4,4 miljoen negatief. Hieronder zijn de grootste verschillen per thema opgenomen.

Thema Opgroeien
Binnen dit thema is er een negatief saldo van per saldo € 2,2 miljoen. Hogere lasten en baten vanuit de regio zijn inde cijfers verwerkt. Onder dit thema valt een vijftal producten.
Het product Algemene voorzieningen jeugd heeft een voordelig saldo van € 63.000.
Bij het product Toeleiding maatwerkvoorzieningen jeugd is er een voordelig saldo van € 165.000 door lagere kosten bij het regionaal adviesteam.
Het resultaat bij het product Jeugdhulp maatwerkondersteuning is € 5,1 miljoen nadelig.
- Bij de ambulante specialistische hulp is een nadelig resultaat van € 4,2 miljoen. De uitgaven voor ambulante jeugdhulp namen in 2017 sterk toe. Deze ontwikkeling past op zich bij de transformatie en we zien deze trend landelijk. Door kritisch te zijn op de inzet van verblijfszorg neemt het aantal ambulante trajecten automatisch toe. De regio WBO heeft een uitgebreide, gevarieerd ambulant aanbod  voorhanden om hierin jeugdigen een zo optimaal mogelijk passend aanbod te bieden. Door het meer wijkgericht werken komen we meer jeugdigen tegen die met ambulante jeugdhulp goed ondersteund kunnen worden. We komen ze ook in een vroeger stadium tegen.
-  De verblijfszorg  heeft een negatief resultaat van € 0,5 miljoen door hogere uitgaven. Dit is geen beoogde ontwikkeling. Het beleid is er juist op gericht om verblijfszorg af te bouwen. De overschrijding op deze post duidt erop dat er meer tijd nodig is om samen met de jeugdhulpinstellingen dit beleid in praktijk te brengen.
- Bij de pleegzorg zijn de uitgaven € 0,5 miljoen hoger. Pleegzorg is vaak een wenselijk alternatief voor verblijfszorg binnen een jeugdhulpinstelling. Eén van de transformatiedoelen is dan ook om vaker dan in het verleden pleegzorg in te zetten. De inspanningen van gemeenten en pleegzorgaanbieders zijn hierop gericht. Stijgende uitgaven passen in dat beeld.
- De uitgaven voor persoonsgebonden budgetten (PGB), waarmee ouders en kinderen zelf jeugdhulp kunnen organiseren zijn € 0,2 miljoen lager dan begroot. Afgezet tegen andere vergelijkbare gemeenten is het aantal PGB’s dat binnen Breda wordt  aangevraagd relatief laag. Dit is te verklaren door het uitgebreide, gevarieerd jeugdhulpaanbod dat voorhanden is. Het komt niet vaak voor dat uitgeweken moet worden naar een PGB om passende jeugdhulp te organiseren.
- Bij de jeugdzorg plus is er een nadelig resultaat van € 0,3 miljoen. De uitgaven voor deze zorgvorm (‘gesloten jeugdzorg’) nemen toe. Dit past in een landelijk beeld. Oorzaken liggen niet zo zeer in een toename van het aantal plaatsingen (we zien een licht dalende trend van het aantal plaatsingen), maar in de toenemende complexiteit ervan.
- Bij de landelijke functies is er een nadelig resultaat van € 0,2 miljoen
- de uitvoeringskosten laten een nadelig resultaat zien van € 0,3 miljoen door hogere inhuurkosten

In totaal leiden de bovengenoemde posten tot een nadelig resultaat van € 5,9 miljoen. In de begroting was bij dit product een post opgenomen van € 2,9 miljoen als vrije ruimte.
Het resultaat bij het product Jeugdhulp geëscaleerde zorg is € 0,5 miljoen voordelig. In de transformatiegedachten wordt de specialistische expertise  al in het vrijwillige kader ingezet. Door een breed gevarieerd aanbod wordt meer opgevangen in het vrijwillige kader. Door inzet van een beschermingstafel wordt een bewuste afweging gemaakt of het gedwongen kader noodzakelijk is.  Daarnaast wordt eerder in het traject gekeken of afschalen naar het vrijwillige kader weer mogelijk is.

Bij het product Primair en voortgezet onderwijs is er een nadelig saldo van € 61.000.

Thema Betrokken zijn
Het saldo van dit thema is € 0,5 miljoen nadelig.
Onder dit thema zijn drie producten ondergebracht. Het product Algemene voorzieningen volwassenen laat geen significante afwijking ten opzichte van de begroting zien.
Het product Toeleiding tot maatwerkvoorzieningen volwassenen heeft een voordelig resultaat van € 0,3 miljoen. Dit is terug te voeren tot een aantal kleine voordelen op de volgende posten: informele zorg (€ 71.000),ondersteuning ouderen (€ 66.000), zorg- en innovatie ( € 74.000) en uitvoeringskosten wijkteams ( € 71.000)
Bij het product Volwassenen maatwerkondersteuning is het resultaat € 0,7 miljoen nadelig. Voor de Begeleiding Zorg in natura waren de uitgaven € 1,3 miljoen hoger dan begroot. De toename in de begeleiding zien we rechtstreeks gerelateerd aan het aantal klanten dat stijgt. De uitstroom is op dit moment nog lager dan de instroom. Er zijn een aantal factoren die hier op van invloed zijn. Enerzijds werken we preventief door toegankelijkheid en een goede samenwerking. Hiermee hopen we klanten tijdig te bereiken en complexere situaties te voorkomen. Daarnaast zien we dat mensen, door het strikter hanteren van regelgeving rondom behandeling en Wlz, terug komen naar, dan wel langer blijven binnen de maatwerkvoorziening begeleiding vanuit de gemeente.
Bij de post huishoudelijke verzorging (HV) zijn de uitgaven inclusief PGB € 468.000 lager dan begroot. De eigen bijdragen van de cliënten zijn € 463.000 lager. Een verklaring voor de lagere eigen bijdragen is dat vanaf 1 januari 2017 het Rijk de eigen bijdrage voor de Wet Maatschappelijke Ondersteuning via de landelijke parameters naar beneden heeft bijgesteld. Dit betekent dat iedereen iets minder eigen bijdrage is gaan betalen en dat de meerpersoonshuishoudens waarbij een partner chronisch ziek is worden ontzien. Dit leidt tot een daling van de baten eigen bijdrage ten opzichte van de begroting.
In de loop van 2017 zijn de mensen, die gebruik maakten van de alfacheque, overgedragen aan de bestaande HV aanbieders. Dit is op een zorgvuldige manier gebeurd en er zijn met alle cliënten en alfahulpen gesprekken gevoerd. Hiervoor was een bedrag van € 500.000 beschikbaar gesteld, van dit bedrag was een bedrag van € 231.000 niet nodig en heeft dus bijgedragen aan een voordelig resultaat op HV. Van de post overige kosten is een bedrag van € 161.000 niet uitgegeven.
De uitgaven voor individuele  mantelzorgcomplimenten zijn € 233.000 lager dan in de begroting was opgenomen.

Thema Thuis
Binnen dit thema is er 1 product namelijk Volwassenen geëscaleerde zorg. Dit kent een nadelig resultaat van € 2,3 miljoen. Dit vindt zijn oorzaak bij Beschermd wonen.
Een deel van dit nadelige resultaat is het gevolg van een rechtstreekse dotatie van € 0,6 miljoen aan de reserve Sociaal domein van de extra middelen die bij de meicirculaire 2017 voor  beschermd wonen zijn toegekend. Indien dit niet was gebeurd was het nadelige resultaat € 0,6 miljoen lager geweest.
Het nadelig resultaat voor de uitgaven Zorg in natura (ZIN) van € 0,9 miljoen (rekening houdend met de hiervoor genoemde € 0,6 miljoen) is te verklaren door een drietal (hoofd)oorzaken:

  • Een aantal cliënten met een PGB is omgezet naar ZIN
  • De uitgaven voor de doelgroep Licht Verstandelijk Beperkten (LVB) zijn hoger uitgevallen dan de extra middelen die vanuit het Rijk voor deze nieuwe doelgroep beschikbaar zijn gesteld.
  • Er is een stijging van het aantal cliënten .

Bij de PGB is er een nadelig resultaat van € 0,2 miljoen. Het aantal cliënten met een PGB is weliswaar van 188 naar 138 cliënten teruggelopen, maar daar staat tegenover dat het gemiddeld bestede budget per cliënt in 2017 ca € 7.500 hoger is dan in 2016.

Thema Leren, ontwikkelen en werken  
Het saldo van dit thema is € 2,2 miljoen nadelig (waarvan € 1,7 miljoen nadelig zichtbaar bij mutaties in reserves).
Onder dit thema hangen 7 producten. Het product BredaPas laat geen significante afwijking zien.
Bij het product Participatie zijn de lasten € 1,25 miljoen lager doordat er nog geen uitgaven zijn gedaan in het kader van het Ontwikkelbudget. Dit leidt niet tot een resultaat, omdat ook de onttrekking uit de reserve Sociaal domein € 1,25 miljoen lager is.
Conform eerdere besluitvorming wordt voorgesteld een bedrag van € 500.000 binnen het Sociaal domein te reserveren voor het Ontwikkelbudget 2018 en 2019.
Het product Sociale werkvoorziening kent een negatief saldo van € 2,4 miljoen.
Zoals bekend is met de Participatiewet sinds 2015 de toegang tot de Sociale Werkvoorziening (SW) afgesloten. Er is geen nieuwe instroom meer. Het aantal Sw-medewerkers daalt daardoor elk jaar. Tegelijkertijd is de berekeningssystematiek van de rijkssubsidie aangepast van subsidie per medewerker naar een landelijk verdeelmodel. Daarbij is door het Rijk het beschikbare macrobudget te laag vastgesteld om de kosten te dekken. In de voorjaarsnota is dit aangegeven. De meicirculaire heeft weliswaar geleid tot een positieve subsidie bijstelling van € 0,953 miljoen voor 2017, maar er blijft sprake van een structureel tekort in de SW.
Bij het product Re-integratie is het resultaat € 123.000 voordelig.
Het resultaat van € 123.000 positief betreft enerzijds een bedrag van € 188.000 dat  Breda als centrumgemeente heeft ontvangen voor de arbeidsmarktregio West-Brabant op het gebied van grensoverschrijdende samenwerking en transparantie in het werkzoekendenbestand, die pas vanaf 2018 zullen gaan worden ingezet. Bij resultaatbestemming zal worden voorgesteld deze middelen beschikbaar te houden voor 2018. Anderzijds een negatief resultaat van € 65.000 als gevolg van een hogere doorbelasting van uren.

Ten behoeve van het Regionale Werkbedrijf heeft Breda als centrumgemeente eind 2014 een bedrag van € 1 miljoen ontvangen. Hiervan resteert nog een bedrag van € 414.000. Dit leidt niet tot een resultaat, omdat ook de onttrekking uit de reserve Sociaal domein € 414.000 lager is. Bij resultaatbestemming zal worden voorgesteld om deze  middelen over te hevelen naar 2018 ten behoeve van het jaarplan 2018.  

Het product wet BUIG en overige regelingen kent een nadelig resultaat van € 1,6 miljoen.
De uitkeringslasten BUIG zijn € 7,4 miljoen hoger dan begroot. In 2017 is een verdere stijging van het klantenbestand waarneembaar, voornamelijk vanwege autonome ontwikkelingen. Ook in 2017 is er een tijdelijke vangnetregeling. Op basis van bovenstaande cijfers komt Breda voor een bedrag van circa € 1,5 miljoen in aanmerking voor deze regeling. Per saldo is er een tekort op het budget BUIG van € 5,9 miljoen.
In de Voorjaarsnota 2017 is voor het jaar 2017 een bedrag van € 4 miljoen beschikbaar gesteld voor het opvangen van het tekort BUIG. Dit bedrag was nog gebaseerd op het gemiddeld uitkeringenbestand 2016. Door de stijging in 2017 is het tekort een bedrag van € 1,9 miljoen hoger. Ook dit bedrag zal worden opgevangen binnen de reserve Sociaal domein.  
Oorzaak van de stijging is vooral de verhoogde instroom van statushouders, arbeidsbeperkten en een blijvende toename van het aantal IOAW-uitkeringen, onder andere als gevolg van de verhoging van de pensioengerechtigde leeftijd. Daarnaast hebben we te maken met een lagere uitstroom dan verwacht.
Vanaf september is door extra uitstroom, mede als gevolg van de activiteiten in het project Tijdelijk Ombuigen een lichte daling waarneembaar. Het financiële effect hiervan zal vooral vanaf 2018 zichtbaar worden.
In het Sociaal Domein is mede als gevolg van de financiële ontvlechting Atea een nadelig saldo ontstaan van € 1,2 miljoen. De inzet van (tijdelijk) meer personeel is noodzakelijk gebleken en er waren frictiekosten onder andere op het gebied van (dubbele) huisvesting.
De stand van de voorziening dubieuze debiteuren Sociale zaken blijkt voor een bedrag van ongeveer € 2,6 miljoen te voorzichtig cq. te hoog te zijn ingeschat. De voorziening kan voor dit bedrag worden verlaagd en dit geeft hier een voordelig resultaat.
Op het product Bijzondere bijstand  is er een voordelig resultaat van € 147.000. Voor een bedrag van € 324.000 wordt dit veroorzaakt door restantmiddelen ontwikkelagenda Armoede, waarvan bij resultaatbestemming zal worden voorgesteld deze middelen beschikbaar te houden voor 2018. Per saldo een tekort van € 177.000.
Het extra budget van € 0,5 miljoen voor 2017 en verder, wat is toegekend bij de Voorjaarsnota 2017 blijkt dus niet geheel toereikend.
De stijging van de uitgaven wordt grotendeels veroorzaakt door de nog steeds stijgende groei van het aantal mensen onder bewindvoering. Dit is een landelijke tendens.
Voor een ander deel wordt de stijging veroorzaakt doordat steeds meer inwoners gebruik maken van gemeentelijke minimaregelingen zoals de individuele inkomenstoeslag en het schoolstarterspakket. Deze stijging is mogelijk te verklaren door de aanpassing van de gemeentelijke website, waardoor de informatie makkelijker te vinden is.
Het product Schuldhulpverlening kent een voordelig resultaat van € 96.000 door hogere opbrengsten bij de hercontroles, saneringskredieten en preventie.
Thema Leven
Dit thema kent drie producten. Het saldo van dit thema is € 456.000 voordelig.
Het product Sportbeleid laat geen significante afwijking zien ten opzichte van de begroting. Het resultaat op het product Maatwerk Wmo is € 238.000 voordelig. Voor een bedrag van € 111.000 is dat te verklaren omdat er inkomsten zijn door  de deelname aan de regresovereenkomst, die door de VNG is afgesloten. Met dit bedrag was in de begroting geen rekening gehouden. Tevens was er een voordelig resultaat bij de woonvoorzieningen van € 48.000 en bij de vervoersvoorzieningen van € 39.000.
Bij de deeltaxi waren de vervoerskosten € 115.000 lager dan begroot, maar waren er ook tot een bedrag van € 77.000 minder opbrengsten. Dit is vooral het gevolg van een lagere bijdrage vanuit de provincie.
Het positieve resultaat op product Volksgezondheid bedraagt circa € 220.000.
Het grootste gedeelte van het positieve resultaat heeft betrekking op de GROGZ/GGD. In 2017 heeft een afrekening plaatsgevonden door de GGD over 2016 en dit heeft tot een teruggave geleid van € 130.000.
De GGD zal naar alle waarschijnlijkheid aanvullende bijdrage vragen voor 2017. De GGD heeft te maken met financiële tegenvallers in 2017, welke niet allemaal opgevangen kunnen worden binnen de beschikbare reserves. De precieze omvang van deze bedragen worden in Jaarrekening/afrekening 2017 van de GGD bekend in 2018.

Thema Ontmoeten
Binnen dit thema zijn er drie producten. Het saldo op dit thema is € 3,491 miljoen positief (inclusief mutaties Reserve Wijkontwikkeling: € 2,993 miljoen).

Bij het product Leefbaarheid onderdeel Wijkimpuls is er inclusief de onttrekking aan de reserve Wijkontwikkeling een resultaat van € 800.000. In 2017 zijn niet alle middelen uitgegeven/besteed. Verkenning met eigen experts en bouwgroep levert op dat in de impulswijken meer aan ondersteuningsstructuur nodig is dan meteen actief burgerschap en daarvoor zijn sterkere netwerken nodig van vrijwilligers/professionals en interventies met (onconventionele) partners in het veld.
Medio 2017 heeft de gemeenteraad ingestemd met de 'wijkaanpak' middels o.a. 'Breda Doet'. Ondanks dat besluitvorming halverwege het jaar heeft plaatsgevonden zijn toch een aantal projecten succesvol afgerond. Echter zijn niet alle projecten die men voor ogen had in 2017 tot uitvoering gebracht. De tijd was te kort om volledige realisatie tot uitvoering te kunnen brengen. Dit heeft geleid tot een voordelig resultaat van € 0,2 miljoen

Het product Wijkaanpak onderdeel Wijkontwikkeling kent een positief resultaat (inclusief mutaties Reserve Wijkontwikkeling) van circa € 39.000. Daarnaast op verschillende posten een voordeel tot een bedrag van ca. € 0,2 miljoen
De fysieke projecten van Wijkontwikkeling veroorzaken (nagenoeg) geen resultaat; De lasten worden volledig gedekt binnen de Reserve Wijkontwikkeling en opbrengst derden. De gerealiseerde lasten (en hiermee ook de baten inclusief mutatie Reserve Wijkontwikkeling) ad € 0,291 miljoen van de fysieke projecten van Wijkontwikkeling zijn € 0,304 miljoen lager dan geraamd (€ 0,595 miljoen) in 2017. Dit veroorzaakt geen resultaat in 2017. De oorzaak hiervan komt door de vertraging van de realisatie van de projecten dan wel een gefaseerde doorloop in tijd van de projecten. De projecten, waaronder Herontwikkeling Driesprong en parkeerproblematiek Dr. Struyckenplein zullen voortgang vinden in 2018.
Het resultaat op het product Statushouders bedraagt € 1,6 miljoen positief. Bij resultaatbestemming zal worden voorgesteld dit bedrag beschikbaar te houden voor 2018. Met dit bedrag kunnen de belangrijkste activiteiten/projecten gefinancierd worden  tot 31 december 2018.
De uitgaven zijn lager dan begroot, omdat een aantal activiteiten die zijn opgenomen in de begroting van het Plan van Aanpak Statushouders "een nieuw thuis in Breda! (Bestuursvoorstel 45047) later zijn uitgewerkt cq zijn opgestart en daarmee een doorloop hebben naar 2018.

Mutaties in reserves

(Bedragen x € 1.000)

Stand op

Mutaties

Stand op

Reserves programma 1

1-1-2017

31-12-2017

Wijkontwikkeling

3.702

-97

3.605

Sociaal Domein

20.192

296

20.488

Totaal

23.894

199

24.093

Reserve Wijkontwikkeling:

In de Reserve Wijkontwikkeling zijn onder andere middelen gereserveerd voor de afwikkeling van de projecten van Wijkontwikkeling, waaronder Masterplan en Dr. Struyckenplein parkeerproblematiek. Daarnaast zijn er per 1 januari 2015 middelen gereserveerd binnen de Reserve Wijkontwikkeling voor Wijkimpuls voor de periode 2015-2018, ad 0,453 miljoen. Hiervan is eind 2017 nog € 0,103 miljoen beschikbaar. Dit restantbedrag blijft beschikbaar binnen de Reserve Wijkontwikkeling voor Wijkimpuls periode 2015-2018.
In 2017 heeft een verschoningsbesluit plaatsgevonden. Hierin is besloten de middelen beschikbaar voor Herontwikkeling Driesprong en Herinrichting Openbare Ruimte Linie-Doornbos ad € 2,768 miljoen, te storten vanuit de Reserve Wijkontwikkeling in de Meerjareninvesteringsreserve. Dit ter dekking van de kapitaallasten gemoeid met de kredieten Herontwikkeling Driesprong en Herinrichting Openbare Ruimte Linie-Doornbos.
In 2017 wordt bij de Resultaatbestemming voorgesteld om € 0,471 miljoen vrij te laten vallen vanuit de Reserve Wijkontwikkeling. In het voorjaar 2018 volgt een voorstel voor kredietvotering voor Buitenruimte Geeren-Zuid waarin deze middelen meegenomen worden.
Per saldo resteert er dan per 31-12-2017 € 0,366 miljoen in de Reserve Wijkontwikkeling. Hiervan heeft € 0,103 miljoen betrekking op Wijkimpuls en blijft beschikbaar binnen de Reserve Wijkontwikkeling voor Wijkimpuls 2015-2018. Het restant van € 0,263 miljoen heeft betrekking op afwikkeling Wijkontwikkeling en blijft hiervoor beschikbaar in 2018.

Reserve Sociaal Domein:

De reserve Sociaal domein wordt met name gevoed met de jaarrekeningresultaten van Programma 1. Vitaal en Sociaal Breda.

Per saldo is er in 2017 een bedrag van € 0,296 miljoen toegevoegd.
Enerzijds betreft dit een dotatie van € 11,8 miljoen, zijnde vooral de resultaatbestemming bij de Jaarstukken 2016.
Anderzijds een onttrekking van € 11,5 miljoen. Dit bedrag heeft betrekking op diverse posten die conform resultaatbestemming en budgetoverheveling 2016
worden ingezet in 2017. Ook betreft het hier een aantal posten conform besluitvorming VJN 2016-2017 en begroting 2017. Bijvoorbeeld
een bijdrage in het tekort BUIG van € 4 miljoen.

Mutaties in voorzieningen

(Bedragen x € 1.000)

Stand op

Mutaties

Stand op

1-1-2017

31-12-2017

Totaal

Investeringen

(bedragen x € 1.000)

Omschrijving

Beschikbare investeringen 2017

Werkelijke uitgaven
 tm 2017

Vrijval    2017

Nog beschikbaar eind 2017

Wat is meer/-minder nodig voor ctc

Verwachte uitgaven
2018

Verwachte uitgaven
2019

Verwachte uitgaven
2020 ev

1. Vitaal en Sociaal Breda

Wijkontwikkeling

88

1.605

0

-1.517

0

49

0

0

Statushouders

995

971

24

0

0

0

0

0

ATEA

900

797

103

0

0

0

0

0

Totaal

1.983

3.373

127

-1.517

0

49

0

0

AAN DIT PROGRAMMA GERELATEERDE VERBONDEN PARTIJEN